HOE WERKT DE LOKALE POLITIEK?
De gemeente heeft een gemeentebestuur. Dit gemeentebestuur maakt beleid, neemt besluiten en zorgt ervoor dat die besluiten ook worden uitgevoerd. Het gemeentebestuur bestaat uit een dagelijks bestuur (het college van burgemeester en wethouders) en een algemeen bestuur (de gemeenteraad).
Het college van burgemeester en wethouders. Het college van burgemeester en wethouders (B&W) zorgt voor het dagelijks bestuur van de gemeente en verzorgt de uitvoering van de besluiten, die door de gemeenteraad worden genomen. Het college heeft eigen bevoegdheden, maar moet zich wel tegenover de gemeenteraad kunnen verantwoorden. De collegeleden werken op basis van collegiaal bestuur, wat betekent dat ze elkaar kunnen vervangen. Het college vergadert elke week, met de burgemeester als voorzitter. Deze vergaderingen zijn niet openbaar. Wel verschijnen de notulen na vaststelling door het college op de gemeentesite.
Burgemeester. De burgemeester wordt niet gekozen, maar voorgedragen door de Commissaris van de Koning en benoemd door de Kroon (de Koning en de ministerraad). De ambtsperiode is zes jaar. De burgemeester is de voorzitter van de gemeenteraad en van het college van B&W. In de raadsvergadering heeft de burgemeester geen stemrecht, als voorzitter van het college van B&W wel. De burgemeester is verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid, met eigen bevoegdheden ten opzichte van de raad en het college. Hij/zij kan in bijzondere situaties regels vaststellen waaraan burgers zijn gehouden, bijvoorbeeld op het gebied van veiligheid, openbare orde of rampenbestrijding.
Wethouders. Wethouders worden benoemd door de gemeenteraad, maar zijn geen lid van die raad. De raad kan ook personen tot wethouder benoemen die niet in de gemeente wonen of op de kieslijst staan. Wethouders hebben tijdens de raadsvergadering geen stemrecht, binnen het college wel.
De gemeenteraad. De gemeenteraad staat aan het hoofd van de gemeente. Hij bepaalt concreet, herkenbaar en meetbaar wat de gewenste resultaten van het het beleid moeten zijn en controleert de uitvoering. Gemeenteraadsleden worden rechtstreeks gekozen door de burgers en vervullen daardoor een volksvertegenwoordigende rol. De gemeenteraadsverkiezingen worden eens per vier jaar gehouden. De gemeenteraad wordt voorgezeten door de burgemeester. De gemeenteraad heeft drie hoofdtaken:
- kaderstellend: verordeningen vaststellen, beleidsrichtingen bepalen, en dergelijke.
- controlerend: de uitvoering van het college controleren.
- volksvertegenwoordigend: wat leeft er binnen groepen van de bevolking.
Raadsvergaderingen. De gemeenteraad vergadert volgens een jaarlijks vast te stellen schema. Deze vergaderingen zijn openbaar en worden in de raadzaal van het gemeentehuis gehouden. Er is een publieke tribune waar u de vergadering kunt volgen.
Raadscommissie / burgerleden. In Schinnen heeft de raad bepaald dat, na het proces van informatievergaring en informatie-uitwisseling, een raadscommissiebehandeling volgt ter voorbereiding van de besluitvorming in de gemeenteraad. In de raadscommissie worden Inzichten en standpunten, op basis van de vergaarde informatie, uitgewisseld met het oog op advisering aan de gemeenteraad. De advisering richt zich daarbij op de vragen of een voorstel rijp is voor behandeling in de raad (is alle relevante informatie voorhanden) en of de politieke groeperingen positief of negatief staan tegenover een voorstel. De raadscommissie kan het voorstel vervolgens als hamerstuk of bespreekstuk aanmerken voor de gemeenteraad. Op basis van de voorliggende stukken, de aanvullend vergaarde informatie en uitwisseling van inzichten en standpunten, vormen de politieke groeperingen zich een voorlopige mening. De finale afweging vindt plaats door de besluitvorming in de gemeenteraad. Naast raadsleden kunnen ook door de raad benoemde burgerleden deelnemen. Per vergadering van de raadscommissie bepaalt elke fractie door welke burgerleden en of raadsleden zij zich laat vertegenwoordigen. Per vergadering mag door de commissieleden gewisseld worden. De agendapunten worden per portefeuillehouder behandeld. Ook per portefeuille mag er steeds gewisseld worden door de commissieleden.